Gebruik de weken tussen elke afspraak om vragen of dingen die jou opvallen tijdens de behandeling op te schrijven. Zo weet je niet alleen zeker dat je alle vragen stelt, maar zo krijgt jouw arts ook een beter idee hoe het met je gaat. Plan de dag van de afspraak goed en zorg dat je ruim op tijd aanwezig bent. Zo heb je even de tijd om tot rust te komen in de wachtruimte en kun je misschien nog een paar laatste aantekeningen maken.

Neem een vriend(in) of een familielid die van jouw aandoening goed op de hoogte is, mee naar de afspraak. Twee paar oren horen meer dan één. Jouw vriend(in) kan niet alleen steun bieden, maar kan ook aantekeningen voor je maken, zodat jij je kunt concentreren op het gesprek. Ook kan hij of zij vragen voor jou stellen. En na afloop kunnen jullie het gesprek nog nabespreken.

Neem een notitieboekje en pen mee, zodat je de antwoorden op vragen die je stelt kunt opschrijven. Je kunt ook aantekeningen maken over andere, nieuwe of interessante onderwerpen die je met jouw arts bespreekt. Vraag of je het gesprek mag opnemen met je mobiele telefoon. Zo kun je het achteraf nog eens naluisteren om er zeker van te zijn dat je alles goed hebt gehoord en begrepen. Bespreek het opnemen van het consult wel tevoren met je arts.

Durf vragen te stellen, ook als je iets niet begrijpt! Door vragen te stellen kom je niet alleen meer te weten over jouw aandoening en behandeling. Het helpt ook om je zelfvertrouwen te vergroten en je het gevoel te geven dat je de ziekte beter onder controle hebt.

Voel je niet opgejaagd. Heb je nog vragen of maak je je ergens zorgen over, vraag gerust meer tijd of maak een nieuwe afspraak. Het kan ook helpen om een verwijzing te vragen naar een andere medische zorgverlener die met jouw arts werkt. Probeer elke afspraak af te sluiten met een tevreden en goed gevoel over het advies dat je hebt gekregen.